Oude Delft 161 www.achterdegevelsvandelft.nl
Het huis Berch Tabor in 1638 van koopman Nicolaas Gael NB: Klik op de afbeeeldingen voor een vergroting.
Het huis Berch Tabor van koopman Nicolaes Gael was in hoofdopzet drie kamers diep, blijkt uit de beschrijving van zijn nalatenschap. Gael was twee maal getrouwd geweest. Zijn eerste huwelijk was met Cornelia Bruijnseels, die 23 jaar voor hem overleed en van wie hij bij zijn overlijden nog drie volwassen kinderen had. Zijn tweede huwelijk was met de Delftse brouwersdochter Geertruijd Onderwater, die hem overleefde. Met haar had hij twee kinderen van twaalf en negentien jaar. Vanwege de belangen van deze minderjarige erfgenamen tekende Weeskamer de inboedel nauwkeurig kamer voor kamer op. In 1615, na het overlijden van Cornelia, was dat ook al eens gebeurd, maar toen niet kamergewijs.  
Voorhuis
We stappen met de notaris om te beginnen het ‘voorhuis’ binnen. In dit ontvangstvertrek stonden drie eikenhouten banken, drie stoelen van pruimenhout en drie gemakkelijker ‘Spaanse’ stoelen met trijp bekleed. Op de banken en stoelen lagen onder meer zes blauwe zitkussens met het wapen van Egmond. Van Gael’s familiewapen hing zichtbaar aan de wand. De koopman moet een enthousiast lid geweest zijn van de schutterij, want in deze voorkamer stond ook het nodige wapentuig te pronk, zoals een boog met pijlen, een musket, een ponjaard (degen), een hellebaard en een ‘crommela, zonder loop’, en twee flesjes met kruit. Voor het vrediger vermaak stonden er ook twee kolven.
Gael had flink wat schilderijen in huis. In de voorkamer hing een groot doek van Carel Vermander met ‘de historie van Johannes de Doper en Herodus’ en een groot landschap van Pieter Stael. Verder twee grote zeeschilderingen van de Delftenaar Jochem de Vries en een zeeslag van ‘Heemskerk’. Vermoedelijk werd daarmee de schilder Maarten van Heemskerk bedoeld, want van hem hingen in de kamer nog een schilderij en twee ‘tronies’ (portretten). Verder in dit vertrek twee landschapjes van Jan van Goyen, een vanitas-tafereel van de Haarlemmer Pieter Claesz en een pentekening (op doek?) van Cornelis van Kittensteijn. Tenslotte nog een kopie van een landschap van Pieter Groenewegen, twee kaarten en vier anonieme schilderijen. De muren moeten in die kamer dus goed vol hebben gehangen.
Landschap van Pieter Stael, nu in een Museum in Bratislava, Slowakije.
Een vanitas-schilderij van de Haarlemmer Pieter Claesz, Mauritshuis Den Haag. Pentekening door Cornelis van Kittensteyn van een gestrande potvis op het strand bij Scheveningen in 1629.
Museum Boijmans-van Beuningen, Rotterdam.

Wapen van de familie Gael.


Schetstekening van Carel van Mander in Museum Boijmans van Beuningen In Rotterdam, mogelijk het ontwerp voor het grote schilderij in de voorkamer.


Twee ‘tronies’ van Maarten van Heemskerk uit het Stedelijk Museum Alkmaar.

Comptoir
Achter de voorkamer (of wellicht ernaast) was het comptoir. In deze ruimte waren twee bedsteden. Er stonden twee lessenaars, een tafel op schragen en een ijzeren kist, een custodi (schatkistje) ‘met een vork daarin’ en een paar stoelen. Verder stond er een boekenkast met een vijftigtal boeken, waaronder een Franse Bijbel, een Frans woordenboek en ‘Waerachtige geschiedenis van den Keijser Karel’. Verder werd van de meeste boeken alleen het formaat vermeld. Na het overlijden van Gael’s eerste vrouw in 1615 was de boekencollectie ook beschreven. Ze bevatte toen ook enkele Duitstalige boeken en vier muziekboeken.
In het comptoir lagen onder andere een ivoren inktkoker, een ivoren tonnetje met een vergrootglas, een verrekijker, enkele brillen, een leitje, een koperen passertje, een schaar en wat gouden gewichtjes. En ook een bundel maagdenwas (hars), een zakje kruidnagelen en een zakje en een doosje peper. Van Gael handelde dus in Oosterse specerijen. In 1615 bestond zijn handelswaar nog voornamelijk meekrap en indigo (rode en blauwe verfstoffen voor de textiel), waarvan hij een groot aantal balen in huis had. Aan de wand hingen in het comptoir hingen ‘een stuck van Momper’, een scheepje van de Haarlemmer Cornelis Claesz van Wieringen en een doodshoofdje. Vermoedelijk was de ruimte niet groot en was het er vrij donker.
Schilderij van de legende van de aanval van Haarlemse kruisvaarders op de stad Damiate door Cornelis Claesz van Wieringen, ooit schoorsteenstuk voor de Kloveniersdoelen in Haarlem, nu in Frans Halsmuseum.


Kruidnagelen, waarvan een ton vol stond in de kelder bij Nicolaas Gael.


Landschap van Joos de Momper (1590-1635), Rijksmuseum Amsterdam.

De ‘keuken’ en ‘kamer’
Achter het comptoir lagen de ‘keuken’ en de ‘kamer’. De ‘keuken’ diende niet om te koken, maar was een dagelijks woonvertrek, evenals de ‘kamer’.
In de keuken stond een uittrektafel met geschilderd blad en twee banken, een schoorsteen met kleed en een bedstee. Zowel in de keuken als in de ‘kamer’ hingen diverse familieportretten, zowel van de heer des huizes zelf als van zijn ouders en grootouders en van de familie van zijn eerste vrouw. Verder in de keuken een aantal ‘kopieën’ naar bekende schilders, zoals naar een Vulcanus van Van Heemskerk, naar een landschap van Van Goyen en een nageschilderde Esaias van der Velden. Twee originele doeken hingen er van de Delftenaar Pieter van Asch en de Haarlemmer Pieter Molijn. In de keuken stond ook een ton met handelswaar (124 pond kruidnagelen).
Twee landschappen van Jan van Goyen, waarvan Gael enkele in huis had en diverse kopieen. Beiden uit particuliere collecties.

In de ‘kamer’ hing een koperen kroon, een schoorsteenkleed van rood saai en een achtkanten spiegel in een lijst van kostbaar ebbenhout. Ook hier was een bedstede met alles erop en eraan. Verder stonden er een kast, een slaapbank en twee ‘schabellen’ (kleine zitbankjes) van wagenschot (eikenhout). Aan de muur hingen behalve de familieportretten ook een kopie naar Pieter Groenwegen en een origineel van de zeeschilder Jochum de Vries, getiteld ‘Storm’.

Erminia van Berensteijn (1544-1625), huisvrouw van Jan Claesz van Gael, de moeder van Nicolaes. Dit portret hing in de ‘keuken’, met de tegenhanger van haar man. Nu in het Frans Halsmusem Haarlem. Loth Huygensz Gael (1562-1619) schout van Leiden, Lakenhal Leiden. Dit schilderij hing niet aan de Oude Delft, hoewel Nicolaas geregeld ‘Lotsz’ genoemd werd.


Karren op het zandpad, geschilderd door de Haarlemmer Pieter Molijn, Frans Halsmuseum.


De Delftse Houttuinen en de stadswal door Pieter van Asch, particulier bezit.

‘Zaaltje’
Hierna komen we via een ‘portaaltje’ in een achterhuis met een ‘zaaltje’. Dat was weinig spectaculair ingericht met twee eiken banken, groene matten stoelen, een oud schoorsteenkleed, een ‘schabeltafel’ (waarschijnlijk een soort bijzettafeltje), een linnenpers, een turfton, een droogrek met wasgoed en twee tafelkleden. Er was hier ook een schaakbord te vinden.
Aan de muur hingen een paar anonieme schilderijen en een kopie naar Groenewegen, die kennelijk bij Gael erg in de smaak viel, hoewel hij geen enkel origineel doek van de schilder zelf had. Boven het zaaltje was een zolder met drie bedsteden, een slaapbank, een emmer en eikenhouten meubilair. Ook daar hingen een paar mindere schilderijtjes.

Kookkeuken en Brabantse keuken
Dan komen we aan de achterzijde van het huis. Daar was een ‘kookkeuken’ met een turfkist en een spits ‘die met swaert went’ en daarnaast een ‘Brabantse Keuken’, een soort bijkeuken, met onder meer twee grote brandijzers, een grote lantaarn, keldertje ‘mede ter reijze’ (een kratje om flessen te vervoeren), een kist, twee tobbetjes en een wastobbe, een kaaskist, kaasplank, en een ‘mouw’ (schaal om melk in te romen).
Boven die keukens was een vertrek met onder meer een kinderkakstoel, een dregger met touw, twee mouwen, een spinnewiel, een wafelijzer en een Keulse pot. En daarboven een vliering met ‘enige rommeling van weinig importantie’.
Achter de keukens waren nog een ‘nieuwe schuur’ en een pakhuis. In de schuur stond een oude haard met tegels uit de kamer, wat reiskoffers en een oude emmer. Het pakhuis diende ook voor allerhande huishoudelijke opslag. Boven het pakhuis was een zolder met een kinderwagen, een ijzeren hek en een ton ‘om indigo in te doen’.
Vervolgens komen we langs een kelder, waarvan niet duidelijk is waar die lag. Daar stond een ton in met 113,5 pond kruidnagelen, en verder een turfmand.


Een recent geveild landschap van Pieter Groenewegen, van wie Gael diverse kopieën in huis had.

Hangkamertje boven voor
Vervolgens gaat de wandeling een trap op en komen we boven eerst op een ‘hangkamertje’ met een bedstede. Een hangkamertje is een soort betimmerde vide in een grotere hoge kamer. Vermoedelijk ging het in dit geval om de kamer boven aan de gracht die vervolgens beschreven wordt als de ‘voorkamer’.
Op die voorkamer stond een grote uitschuifbare tafel, een slaapbank, een buffet, twee pruimenbomen stoelen en een linnenpers. Er hing een ebbenhouten spiegel en er lagen een bruiloftskleed en drie kussens met geborduurde wapens, naast karmozijn rode en groene kussens. Ook stond er een grote eiken kast met heel veel linnengoed en een bed met groene zijden gordijnen en groene dekens. Verder lag er een degen met versierd gevest.
In deze kamer hingen diverse landschapjes, waaronder ‘kopieën’ naar Jan van Goyen en Groenwegen, een ‘zeetje’ van Cornelis Claesz, een portret van Gael’s eerste vrouw, Cornelia Bruynseels, en een schilderijtje van een dood kind. Het portret van Cornelia door de Utrechtse schilder Paulus Moreelse bestaat nog steeds en hangt tegenwoordig in het Worceter Art Museum in Engeland.

Middelkamer en achterkamer
Achter de voorkamer was een bescheidener ‘middelkamer’ (alkoof?) met weer een schabeltafeltje, een reiskoffertje, een ebbenhouten spiegel, kamermatten en een bedstee met groene gordijnen.
Daarachter een ‘achterkamer’ met een eiken tafel met blauw kleed, een kist en een koffer met ijzeren band, stoven, een schoorsteenkleed, witte kamerstoelen, een groen stoeltje en een bedstee.
In deze achterkamer ook weer heel wat schilderijen, hoewel voornamelijk ‘kopieën’ naar schilders van naam, zoals landschappen naar Van Goyen (twee maal), Ruysdael en Pieter Stael (twee maal), en kopieën naar van Asch, Esaias van der Velden en Pieter Molijn. Verder een ‘fruitage’ en een eigenhandig schilderij van Pieter Stael verbeeldend Paulus’ bekeringe.

Tweede verdieping
Op de tweede verdieping lagen naast elkaar twee kamertje aan de straat. In het noordelijke kamertje was een bed(stede) met een half groen, half geel gordijn, een kinderkrebbetje en een kast. Het zuidelijke kamertje had twee bedden, ‘waarvan Geertruid Onderwater (Gaels vrouw) een derde part betaald heeft’ en ‘een kussen voor de kinderen ‘die school gelegen hebben’. Verder hier onder meer een kluitboog (soort handboog), een ‘kalverhok met geschilderd blad’ (waarschijnlijk wordt hiermee een soort laag kastje bedoeld), een reiskoffer en een citer (muziekinstrument).

Achterzolder
Achter de voorkamers op de tweede verdieping was een zolder met twee bedsteden (voor het personeel?), een wieg, een ijzeren balans, weer een ‘kalverhok’, nu met wagenschot blad, kamermatten, een krebbetje, kleermanden, een karmozijn gevoerde deken, een groen gevoerde deken en twee nieuwe Spaanse dekens. Er lagen ook dertig ‘banquetkommen’ en nog meer andere kommetjes en drie lege Indigo-zakjes.

Schatkamer
Tenslotte was er boven in het huis nog een tweede ‘comptoir’ op zolder met 45 grotere en kleinere boeken, een voorraad van 6,5 riem papier, een inktpot, een passer, koperen schalen, zes lege kasboeken (journalen en grootboeken) en een bakje met indigo. Verder stond hier de geldkist met munten, goud en juwelen, ter waarde van 3276 gulden en 5 stuivers en andere kisten met belangrijke documenten, zakelijke boekhouding en familiearchief en een kist met prenten van Albrecht Dürer en Goltzius ‘en andere meesters’.


Cornelia Bruynseels, de eerste vrouw van Nicolaes Gael, geschilderd door Paulus Moreelse, nu in het Worcester Art Museum in Engeland, destijds in de bovenvoorkamer.


Winterlandschap van de Haarlemmer Esaias van der Velden, van wie Gael enkele kopieën in huis had. National Gallery, Londen.

Kees van der Wiel  
>> Terug naar Oude Delft 161  
Geplaatst: 17 januari 2019  
 
www.achterdegevelsvandelft.nl - Facebook: www.facebook.com/AchterdegevelsvanDelft - Twitter: twitter.com/AchterdgvDelft